Patatje Oorlog


16
May 2013

Confrontatie

"Laten we er nog maar eens over nadenken." "We komen er nog wel op terug." Dagelijks doen we dit soort uitspraken. Meestal zijn het dooddoeners, die we gebruiken om een probleem uit de weg te gaan. Vaak is dat ook goed. Soms moet de tijd zijn helende werking hebben en soms moeten mensen zich de tijd verschaffen om inderdaad goed over zaken na te denken en misschien advies in te winnen. In die situaties zullen mensen nog enige tijd op de zaak terug komen en is de kans groot dat er ook een oplossing komt.

Toch zijn er nogal wat situaties waarin we de genoemde uitspraken gebruiken om een confrontatie uit de weg te gaan. Het is ook niet altijd makkelijk om snel tot de kern door te dringen. Je wilt mensen niet kwetsen, je wilt ruzie voorkomen, je wilt onvrede voorkomen; kortom je bent bang voor de confrontatie.

Heel menselijk, maar wel met een groot risico. Het niet of niet tijdig bespreekbaar maken van zaken, kan leiden tot vastlopende verhoudingen, ontstaan van wantrouwen en leidt in elk geval tot verkeerde beeldvorming. Er zou mensen dus heel wat aan gelegen moeten liggen, ervoor te zorgen dat dit soort situaties zich niet of nauwelijks voordoen. Ook hier geldt voorkomen is beter dan genezen.

Mijn persoonlijke basisstelling is: "Ik zoek de confrontatie niet, maar ga hem ook niet uit de weg!". Dat wil niet zeggen dat ik nooit eens weggelopen ben voor een probleem, maar door schade en schande heb ik wel geleerd, dat het effect ervan feitelijk is dat je het probleem groter maakt en je vaak zelf met een frustratie blijft zitten. Dat later recht zetten is vrijwel onmogelijk. Dus, los van het belang van de zaak, is het ook van persoonlijk belang, zaken uit te spreken, ook al leidt dat soms tot een confrontatie.

Het heeft natuurlijk ook met je karakter te maken, maar dingen bespreekbaar maken kun je leren. Het begint, zoals ik in meerdere blogs ook al besproken heb, bij jezelf. De eerste vraag die je jezelf moet stellen bij problemen is of je er voldoende zicht op hebt wat je feitelijk wilt. Je moet dat voor jezelf in beeld brengen in termen van het doel, maar vooral ook in termen van argumenten en (rand)voorwaarden. Die laatste twee moeten de basis zijn voor het gesprek met de ander. In dat gesprek is het handig om eerst eens te trachten te achterhalen hoe de ander erin staat. Heeft hij helder wat zijn doelen zijn, kent hij zijn argumenten en (rand)voorwaarden? Als dat zo is, heb je zonder al teveel energie, al veel bereikt. Je kunt dan jouw gedachten en de zijne naast elkaar zetten en heel vaak zie je dan dat je het eigenlijk over heel veel zaken al eens bent. Heel simpel, waar je het over eens bent, moet je niet meer over strijden.

Dat klinkt zo simpel, maar ga maar eens na hoe vaak we toch niet blijven argumenteren over zaken waar we het met elkaar eigenlijk al over eens zijn. Gek genoeg is dat ook vaak een belangrijke oorzaak van het ontstaan van een confrontatie of een meningsverschil. Praat dus over de zaken waar je het in eerste aanleg niet samen over eens bent.

Dan is het als volgende stap handig om een zekere ordening aan te brengen in de zaken waar je het wezenlijk over moet hebben. De redenen voor een dergelijke ordening verschillen per situatie en kunnen afhangen van zaken als omvang, tijdsbeslag, de plaats in een proces, persoonlijke opvattingen, bedrijfsbelang en ga zo maar door. Wees wel eerlijk t.o.v. elkaar. Als bij voorbeeld een bepaalde aanpak niet past bij jouw eindverantwoordelijkheid, dan moet dat van het begin af aan duidelijk zijn, zelfs als de ander dat heel lastig vindt. Maar het is beter dat hij dat van het begin af aan weet, dan dat hij er in een te laat stadium achter komt. Ruzie en verwijten zijn dan eigenlijk niet meer te vermijden. Dan wordt het een kwestie van "op je strepen gaan staan". Dat is meestal geen goede aanpak om een probleem echt op te lossen.

Je zult merken dat als je naar elkaar toe open bent over elkaars rol, positie, verantwoordelijkheden, doelen en argumenten, een oplossing in goed overleg bijna altijd mogelijk is. Zelfs als het uiteindelijk zo is, dat je niet anders kunt dan maar een besluit nemen, zal de ander zich realiseren dat, ook al is hij het er niet mee eens, jij vanuit jouw positie niet anders kunt. Zelfs met de onvrede die de ander dan zal hebben, kan hij toch jouw besluit accepteren en loyaal meewerken aan de uitvoering ervan.

Confrontaties zullen er altijd blijven. Soms helpt het als je zaken eerst eens goed op papier zet of dat je een bemiddelaar zoekt. Maar vooral ga confrontaties niet uit de weg en probeer er op een open en constructieve manier mee om te gaan.

De titel van deze blog is "Patatje oorlog". Het woordje "oorlog" suggereert een conflict. Als je een patatje oorlog ziet, lijkt het daar ook wel op. Maar wees eerlijk, iedereen vindt het op zijn tijd lekker. Hierbij geldt: geen vooroordelen, maar gewoon genieten. Dat zouden we in ons werk ook eens meer moeten doen.

Patatje oorlog en nog veel meer

Ingrediënten:

  • Aardappelen, liefst een iets kruimig kokende soort.
  • Olie om in te frituren
  • Zout
  • Daarnaast allerlei lekkere dingen om de patat mee te versieren. Denk aan:
  • Mayonaise
  • Tomatenketchup
  • Currysaus
  • Pindasaus
  • Gesnipperde uitjes
  • Zure uitjes en augurken
  • Stoofvlees
  • Ratatouille
  • Kaas (gesmolten, als je dat lekker vindt)
  • Fish and Chips (op zijn Engels)
  • Kip-kerrie
  • Ragout

Bereidingswijze:

De aardappelen schillen en in patatjes snijden. Zelf kies ik er meestal voor om grote aardappelen in reepjes te snijden die niet groter zijn dan 1x1 cm in het vierkant. Maar dikke frieten of hele dunne het is allemaal goed. Je moet er echter wel rekening mee houden dat dikke friet wat langer tijd in de frituur nodig heeft dan dunne.

Na het snijden moet je de patatjes heel goed wassen.
Je hebt nu een keuze uit twee manieren om de patatjes te bereiden.
1. Je zorgt ervoor dat de patat echt goed droog is. Daarna tot goudgeel frituren in vet dat tussen de 160° en 165° is. Normaal gesproken duurt dan een minuut of vier. Vervolgens de patat goed droog schudden en liefst uitgespreid op een bakplaat, laten afkoelen.

Als ze koud zijn, kun je ze in een schaal doen en bewaren in de koelkast. Het lekkerste is een nachtje laten staan.


Vlak voor gebruik een 2e keer opbakken, in vet van 180° - 185°. Lekker bruin, maar niet te bruin. Direct serveren. Dan zijn ze het meest knapperig.


2. Je zet de patatjes op met koud water, brengt dit aan de kook en kookt de patatjes 3-5 minuten voor. Dunne patatjes wat korter, dikke wat langer. Niet gaar laten worden! Afgieten en laten afkoelen op een bakblik. Nachtje in de koelkast.
Het beste is de patatjes de andere morgen voor te bakken zoals hierboven beschreven, in vet van 160° - 165°.
Gedurende de dag laten afkoelen en in de koelkast bewaren.
Daarna afbakken op 180° - 185°

Ja en vanaf hier is het je eigen keuze. Alleen met zout en mayonaise is traditioneel.
Alle andere toevoegingen doe je naar eigen smaak. Naast het "patatje oorlog" (mayonaise, currysaus, rauwe uitjes en pindasaus), is er tegenwoordig ook nog "het patatje kapsalon". Een bakje patat, knoflooksaus, sambal, döner kebab (of een ander vlees), kaas en dan even in de oven tot de kaas gesmolten is. Ja, je moet er van houden. In elk geval genoeg calorieën voor een hele dag.

Weblog voor managers

Volg mij via Social Media

Copyright © 2012 - Koken voor Managers | Drs. H.J. Spaan | Sitemap