De goede mix van kwaliteiten


24
Dec 2013

Maak er (g)een potje van

De goede mix van kwaliteiten

Eigenlijk zou de tijd voorbij moeten zijn dat bij de selectie van medewerkers vrijwel uitsluitend gekeken wordt naar de vakmatige kwaliteit van de diverse kandidaten. Natuurlijk blijven die vakmatige kwaliteiten van belang. Het is echter niet meer zo, dat ze allesbepalend moeten zijn bij het vervullen van vacatures.

Geef termen inhoud

In de beschrijving van vacatures worden vrijwel altijd dezelfde woorden of zelfde soorten woorden gebruikt: je moet een teamspeler zijn; je moet goed kunnen communiceren met je collega’s; je moet je eigen werk goed kunnen organiseren; Je moet integraal kunnen werken etc. Laten we eerlijk zijn; het zijn eigenlijk allemaal toch tamelijk vage uitspraken.

Je mag als sollicitant in deze tijd hopen dat je naar aanleiding van een sollicitatie wordt uitgenodigd voor een gesprek. Hoe ga je in zo’n gesprek wederzijds om met vragen die gaan over de genoemde duidingen van niet vakmatige aspecten van de functie? Praktisch gezien is het heel lastig ze concreet te maken. De natuurlijke neiging is dan terug te vallen op de vakmatige kanten van de betreffende functie. Dat communiceert veel gemakkelijker dan praten over de wat minder duidelijk te benoemen aspecten van de functie. De impliciete gedachte is dat deze laatste aspecten door een discussie over de duidelijk aangegeven vakmatige aspecten, vanzelf wel aan de orde komen. Dat is natuurlijk niet waar, of geldt in het gunstigste geval, maar tot op een zeer beperkte hoogte.

Iemand wordt aangenomen op basis van het gesprek, gaat aan de slag en blijkt dan een uitstekend vakman te zijn, maar niet bepaald een teamspeler zoals je als werkgever eigenlijk bedoeld had. Ook blijkt hij, anders dan over zijn vakinhoud, toch minder goed te kunnen communiceren en integraal werken is voor hem, ervoor zorgen dat zijn vakinhoud volledig tot zijn recht komt.

Als een chefkok voor een bepaald onderdeel van de gerechten een specifieke kok zoekt, zal deze uiteraard over een bepaalde mate van vaardigheid als kok moeten beschikken. Hij zal de gerechten of zijn onderdelen ervan moeten kunnen bereiden op het niveau dat de chefkok wenst. Op dat niveau zal het vakmatige aspect zich zonder meer moeten bevinden. Minstens zo belangrijk is dat de betreffende kok in staat is om in een team te werken, dat hij kan bijspringen bij een ander als dat nodig en dan niet zegt: “dat staat niet in mijn functieomschrijving”, dat hij duidelijk communiceert over hoever hij met zijn bereiding is, zodat anderen er hun bereiding en voortgang op kunnen afstemmen etc. In zo’n situatie is het beter dat zijn bereiding op het goede niveau is en op tijd, dan dat hij vakmatig streeft naar een 10, maar altijd te laat is met zijn werk of zijn bijdrage, of dat hij zijn collega’s onvoldoende informeert.

Brede context

Eigenlijk is het in een bedrijfsorganisatie of bij een overheid, niet anders. De les die geleerd moet worden is dan ook dat er in sollicitatieprocedures veel meer aandacht geschonken dient te worden aan de niet vakmatige aspecten van de te vervullen functie. Er moet kennis en vaardigheid worden ontwikkeld om te kunnen beoordelen of een kandidaat juist aan die kwaliteitseisen voldoet. Praktisch gezien is het redelijk eenvoudig iemands vakmatige kwaliteiten te beoordelen, bij het niet vakmatige deel ligt dat veel lastiger. Daarom gebeurt het ook minder of niet, met alle gevolgen van dien voor beide partijen. De grote kans op mislukking wordt dus als het ware bij voorbaat ingebouwd.

Goede mix van kwaliteiten

Ik pleit er dus niet voor om geen aandacht aan het vakmatige deel te besteden; uiteraard niet! Het gaat er op de eerste plaats om dat je de goede mix vindt van de aspecten van een functie waar een kandidaat aan moet voldoen. Hoe lastig ook, maar er zullen dus beschrijvingen of definities moeten komen van de niet vakmatige aspecten van een functie. Dan kun je die ook beoordelen en waarderen tijdens een sollicitatieprocedure. Dan is er een heel goede kans dat je de persoon vindt die beschikt over de juiste mix van kwaliteiten die nodig is voor het in brede zin, goed vervullen van de functie.

Geen universeel recept

Omdat het in de blog hiervoor gaat over het vinden van een goede mix, heb ik hieronder een recept geschreven waarbij dit ook geldt. Het gaat om het maken van een voor jou zo smaakvol mogelijke mix van specerijen, kruiden en groenten om een goede curry te maken. Er is geen universeel recept voor, net zoals dat ook niet in de dagelijkse bedrijfspraktijk zo is. Ik geef een richtlijn waarop je jouw eigen mix kunt maken. Dat moet je tijdens een sollicitatieprocedure ook bewerkstelligen. Alle aspecten moeten in de juiste verhoudingen, passend bij jouw situatie en wensen, aan de orde komen. Dat maakt de kans op een succesvolle procedure en uiteindelijk een duurzame samenwerking het grootst. Parallel daaraan: je moet ook jouw currymengsel aanpassen aan jouw situatie en jouw wensen. Als jij van heel pittig houdt, maar niemand in jouw omgeving heeft dat ook, dan is het niet verstandig een hele hete kip-kerrie te maken. De kip-kerrie is dan misschien wel heel goed gemaakt, maar zal bij de gasten niet het succes hebben dat je ervan verwacht. Dat wil je niet bij eten dat je bereid hebt en je wilt het ook niet in je organisatie bij het aannemen van medewerkers. Kortom, maak er geen potje van, maar zorg ervoor dat de juiste mix tot stand komt.

 

Kip-kerrie met je eigen kruidenmengsel

Ingrediënten:

Kerriemengsel

  • 1 tl korianderzaad
  • ½ kaneelstokje
  • 1 tl fenegriek
  • 1 tl curcuma (poeder)
  • 1 tl komijnzaad
  • 3 kardamonpeulen
  • 1 tl mosterdzaad

Bereiding kipgerecht

  • 1 kg kippendijen, ontbeend, in niet te kleine stukken gesneden
  • 3 uien in dunne, halve ringen
  • 203 t knoflook, geraspt
  • 2-3 cm verse gember, geschild en geraspt
  • 1-2 chilipepers, al of niet met zaadjes, fijngehakt
  • 2-3 stuks limoenblad
  • 1 rode paprika, geschild, in repen gesneden
  • 1 klein blikje tomatenpuree
  • 1 blik (½ liter) tomatenblokjes
  • 300 ml kippenbouillon
  • 1 blikje kokosmelk
  • 1 citroen
  • Peper en zout

Bereidingswijze:

Kerriemengsel

Rooster de droge kruiden in een eveneens droge koekenpan, gedurende een minuutje, tot ze beginnen te geuren. Maal ze in een klein keukenmachinetje tot een kerriepoeder.

Kipbereiding

Braad in een redelijk grote pan met dikke bodem de kip bruin in olie. Bestrooi met een tl van de kerriepoeder. Haal uit de pan en houdt apart.

Doe extra olie in de pan en bak hierin de uien even aan. Voeg de knoflook, de gember en de chilipepers toe en bak even mee. Als de uien glazig zijn 1-2 el kerriepoeder toevoegen. Even omroeren en daarna de paprikarepen toevoegen, het limoenblad en de tomatenpuree. Alles even doorbakken.
Afblussen met de tomatenblokjes en de kippenbouillon. (Water mag ook). De aanbaksels goed losroeren. Een minuut of vijf laten pruttelen.
Vervolgens voeg je de stukjes aangebakken kippendij toe. Een half uurtje laten sudderen. Zo nodig tussentijds nog wat water of kippenbouillon toevoegen.

Na 30 minuten controleren of de kip voldoende gaar is. Dan de saus afmaken met kokosmelk (naar eigen smaak) en zout. Eventueel nog wat peper. Als laatste wat citroensap toevoegen. Begin met het sap van een ½ citroen. Proeven en eventueel meer sap gebruiken als je dat lekker vindt.

Serveren met rijst.

N.B. Overgebleven kerriepoeder kun je in een goed afgesloten pot of doosje zeker 1-2 maanden goed houden. Er is uiteraard niets op tegen om in het recept kant en klare kerriepoeder te gebruiken. Ik vind de zelfgemaakte kerriepoeder echter lekkerder dan de kerriepoeder die je in een winkel koopt. Het voordeel van zelf maken, is bovendien dat je met enig experimenteren de mix kunt maken die je zelf het lekkerst vindt.

 

Weblog voor managers

Volg mij via Social Media

Copyright © 2012 - Koken voor Managers | Drs. H.J. Spaan | Sitemap